
In 1886 maakte de alom gekende Nevelse schrijver Cyriel Buysse als jonge twintiger een reis door de US of A. Naar het schijnt had onze kunstenaar in Poesele iets te gul met de eigen voortplantingssappen in het ronde gestrooid en dientengevolge aan een lokale deerne een beginnende bolle onderbuik getoverd. Terstond vloog Cyriel van zijn moeder Pauline naar den Ameriek. Daar aangekomen ergerde hij zich aan het mateloze conformisme van Amerikaanse mannen. Die avond, gelegen in het bed bij nonkel Eduard Buysse in het dorpje Mishawaka - South Bend, Indiana - schreef Cyriel in zijn dagboek over de gringo's het volgende: "Alweer datzelfde type met hangende snor, uitgestreken gezicht en flegmatische ogen." En over de Amerikaanse eetgewoonten: "Alweer dat lomp en haastig slikken, alsof zij door een vijand werden nagezeten, die hun de brokken kon ontnemen. Schrokken; en dan paf zitten van niet gerechtvaardigde haast en overdaad, met uitgestrekte benen." En zijn nonkel Eduard, die op het moment dat zijn neefje Cyriel bij hem op bezoek is al tientallen jaren in Amerika woont, schreef bij zijn aankomst alginder in een brief aan Mutti in de Heimat over de talrijke Amerikaanse sekten: "Onder de verschillende sekten die er alhier worden gevonden, is er eene die gelooft aen het doopsel; de kinderen worden maer binst den winter gedoopt wanneer de rivier is toegevrozen. Men kapt eene lomme in het ys, en de pastoor die tot aen zynen broekband in het waeter staet, steekt den doopeling met zynen kleederen aen, tot driemael toe achterover in het water, en aldus worden zy, de kleederen aen hun lichaem gevrozen, naar huis gedragen. Ik heete dat gedoopt zyn, en gy ook?"
Over de verdere belevenissen van Cyriel en Eduard in Amerika: leest de briljante klepper van de pen van Joris van Parys omtrent Cyriel Buysse en zijn tijd of beluistert eerst dit
gesprek met de auteur van deze fantastische biografie.
Reacties