
Een bestseller? Eens proberen. Een Zwitserse leraar talen, Raimund Gregorius, vertrekt hals over kop naar Lissabon. Het toevallig in handen krijgen van een boek van de mysterieuze Portugese arts Amadeu de Prado is daarvan de aanleiding. Wat volgt is een ruim vierhonderd tellend bladzijden, ongeloofwaardig relaas van door het hoofdpersonage afgelegde bezoeken aan allerlei Portugese aan de Prado gelinkte figuren. Hier en daar gekruid met uittreksels uit het door Gregorius op zijn reis meegesleepte dagboek van de desbetreffende arts. Geeuw. Een voorsmaakje.
"(...) Ik wil niet in een wereld zonder kathedralen leven. Ik heb de glans van de ramen nodig, de koele stilte die er heerst, het gebiedende zwijgen. Ik heb het bruisen van het orgel nodig en de heilige devotie van biddende mensen. Ik heb de heiligheid van de woorden nodig, de verhevenheid van grote poëzie. Dat alles heb ik nodig. Maar evenzeer heb ik vrijheid nodig en de vijandschap tegenover alles wat wreed is. Want het een is niets zonder het ander. En laat niemand het in zijn hoofd halen mij te dwingen tot een keuze. (...)" En zo voorts. En zo verder. Voor mensen die graag
Paulo Coelho lezen: deze nachttrein kan je zo 'de dikke Coelho' noemen. En altijd weer is daar de grote kerkvader Augustinus die de literaire (kerk)meubelen moet redden. Bij gebrek aan eigen sobere gedachten. Ik geloof die Gregorius niet. Ik zie in hem geen echte classicus. Bijna bordkarton. Het verhaal 'plakt' ook niet. Het hobbelt. Geen ICE-trein die tegen honderdtachtig kilometer per uur door het Duitse landschap glijdt richting Berlijn. Eerder een Belgische stoptrein tussen Kortrijk en Ieper. Die hapert ook telkens weer in dat bevreemdende, Waalse landschap. Om dan hupperdestoot naar de Westhoek te sputteren. Als een met heel veel zin voor detail vastgenaaide weerhaak. 't Doet zeer! William van Baskerville en zijn hulpje Adson zijn in het, mits een iets grotere inspanning leverend en met de gedachte van een-mens-moet-niet-altijd-alles-willen-begrijpen, wereldberoemde, lees- en genietbare 'De naam van de roos' tenminste echt. Als je dan toch een tocht wil maken door een gigantische, labyrintische bibliotheek, doe dat dan met die twee mannen. Of grijp, bij laste van een overvol hoofd, naar het fantastische, pretentieloze avontuur van
Hildegunst von Mythenmetz in 'De stad van de dromende boeken'.
Reacties