Doorgaan naar hoofdcontent

De voorbije week: gelezen en gehoord (6).

* "Provoost probeert met In de zon kijken de sprong naar de volwassen literatuur te maken maar valt daarbij tussen wal en schip. Ze wil namelijk laten zien hoe een meisje van nog geen tien jaar oud op de plotse dood van haar vader reageert en kruipt als volwasssen vertelster in haar huid. Resultaat: noch jeugd-, noch volwassenenliteratuur maar wel een kunstmatig ik-verhaal van een ouwelijk meisje dat met de blik van Provoost zelf in zogenaamd poëtisch proza naar de wereld van de volwassenen kijkt. Dat levert volzinnen op die geen enkel kind in de mond neemt, tenzij dus papieren Chloë: 'Ik heb niet de minste hoop voor deze dag, hij zal zijn zoals de andere, droog en leeg als een watertank.' Dat oreert over 'het gevoel van verlies van gevoel.' Ook als ze tipsy is na het drinken van citroenjenever en eindelijk kinderlijk onbezonnen uit de hoek dreigt te komen, blijft ze tegen de dwergpapegaaien keurig Algemeen Nederlands spreken: 'Hebben jullie trek in een stukje donut?' Leuke, ongedwongen boel moet het daar ten huize Provoost zijn."

(Knack, 04/02/2009, Frank Hellemans hekelt de toekenning van de driejaarlijkse prozaprijs van de Vlaamse Gemeenschap voor In de zon kijken, de eerste halfbakken roman van jeugdschrijfster Anne Provoost, als gevolg van een gebrek aan lef bij de van alle kwaliteit verstoken jury)


* "Net terug van een reis en tussen de opgestapelde mails zit er een alarmkreet over de Awá. Dat is een geïsoleerde stam van een driehonderd mensen in het Amazonegebied. Ze zijn de laatste bekende stam van jagers-plukkers en ze worden bedreigd door de oprukkende bulldozers. Een ngo slaat alarm omdat hun traditionele levenswijze bedreigd is.
Ik zie eerlijk gezegd het probleem niet. Wij leven toch ook niet meer zoals de Menapiërs of de Eburonen? Waarom moeten sommige bevolkingsgroepen verstoken blijven van kleren en moderne werktuigen en geneesmiddelen en draadloos internet?
Het zal wel politiek oncorrect zijn, maar toen ik, jaren geleden, tv-beelden zag van een pas ontdekte Amazone-stam die ook al onaangetast was door de moderniteit zagen de gerimpelde mannetjes en de vrouwtjes met hangborsten er als een stel uit inteelt voortgekomen cretins uit. Afzondering van de buitenwereld en opsluiting in de eigen 'cultuur' is duidelijk niet de boeiendste levenswijze."

(De Standaard, 06/02/2009, Mia Doornaert over jagers en plukkers in haar wekelijkse, hilarische - althans voor d'r vrienden en kennissen - column Doorgeprikt staat netjes)


* "Koester toch geen gekke illusies! Tot nu toe hebben de kapitalisten gestolen en bedrogen; na de oorlog zullen wij stelen en bedriegen, dat is het enige verschil."

(Het antwoord van een bij Cyriel Buysse in Den Haag Westerse bolsjewistische bezoeker in april 1918 op de nogal naïeve vraag van de Nevelaar of de Russische Revolutie uiteindelijk ook voor een betere wereld zal zorgen. Na te lezen in het fenomenale papieren ding 'Het leven, niets dan het leven: Cyriel Buysse en zijn tijd'!)


* "Sommige mensen hebben er meer last van dan andere: van verveling. Lesuren zijn notoire opwekkers van verveling, net als sommige theaterstukken en het lange wachten voor een loket.
Verveling vermijden is een kwestie van de hersenen zo 'betrokken' mogelijk te houden. Volgens het vakblad New Scientist is verveling namelijk een gevolg van het feit dat delen van de hersenen gewoon afgekoppeld raken van de rest: ze doen eventjes niet meer mee.
Onderzoek met scanners heeft uitgewezen dat het vooral de verbindingen tussen belangrijke zones van de hersenen zijn die het laten afweten als de aandacht verslapt.
Het behouden van aandacht fungeert als een versterker voor de communicatie tussen hersenzones. Het verslappen van de aandacht is rechtstreeks gelinkt aan het wegvallen van die versterking."

(Knack, 04/02/2009, Dirk Draulans doet eventjes niet meer mee met zijn verveelde hersenen)

Reacties

Populaire posts van deze blog

Gevoelens van gemis, afwijzing en ontgoocheling: stuk voor stuk gaan ze in de Shelley-blender 'Mathilda' geheten...

"Mijn leven was onloochenbaar leeg en nutteloos, maar zeg nooit tegen de lelie die door regen en wind is geveld: richt je op en bloei als vanouds. Mijn hart bloedde uit een dodelijke wond, maar op een andere manier kon ik niet leven." Gevoelens van gemis, afwijzing en ontgoocheling: stuk voor stuk gaan ze in de Shelley-blender 'Mathilda' geheten. Dat, en het verplengen van tonnen tranen door de in een bad vol sombere gedachten badende ik-figuur uit deze novelle. De tweeëntwintigjarige Mary Shelley snijdt en slaat, zeker vanaf ongeveer driekwart boek, de lezer voortdurend in de armen en om de oren. Autobiografisch, deze tweehonderd jaar oude amoureuze vader-dochterdingetjes door de blik van de jonge Mathilda? Geen idee. In ieder geval is de zelfgekozen eenzaamheid van deze Mathilda van een gans andere orde dan die van pakweg Amy Winehouse . De hoop ooit voor iemand nog genegenheid te kunnen voelen, was bij de betreurde Londense zangeres-met-ook-vaderdingetjes in de mee...

Djoos Utendoale tient le fou avec moi: verzen geschreven in de taal van de volksmens aan weerskanten van de 'schreve'.

Utendoale, uit de vallei of het dal van de West-Vlaamse bergen. Djoos, van Joris. Afkomstig van Westouter: pater Joris Declercq. Troubadours en kleinkunstenaars uit de regio zoals Antoon vander Plaetse, Gerard Vermeersch en Willem Vermandere namen Declercqs verzen in hun repertorium op. Van Boeschepe tot Cassel en van Ieper tot Ekelsbeke, de ganse Westhoek ging aan Utendoales rijmsels kapot. Vlinders zijn er hellekapellen, butterschitters of flikflodders. Averullen, mulders en roenkers worden in gangbaar Nederlands meikevers. Voetelingen, sokken. Nuus, wij. Hadden pendelaars geen files onderweg dan was het volop vroeger thuus komm'n of dan-ze peisden. De poëzie van Djoos Utendoale is geschreven in een bijzonder zingend taaltje: het Westhoeks. Over de invloed van dialecten moeten we, althans pater Joris Declercq, niet al te neerbuigend doen: "En moest Luther de bijbel in het Nederduits vertaald hebben en niet in het Hochdeutsch, de taal van zijn geboortestreek, dan sprak de he...

"Als je een dichter bent laat je iets moois achter. Ik bedoel, het is de bedoeling dat je iets moois achterlaat als je van de bladzijde afgaat en alles."

"Eén ding weet ik wel," zei Franny. "Als je een dichter bent laat je iets moois achter. Ik bedoel, het is de bedoeling dat je iets moois achterlaat als je van de bladzijde afgaat en alles. Die lui waar jij het over hebt laten geen enkel mooi ding achter. Het enige dat de iets beteren misschien doen is min of meer binnen in je hoofd kruipen en daar iets achterlaten, maar enkel en alleen omdat ze dat doen, enkel en alleen omdat ze weten hoe ze iets moeten achterlaten hoeft dat nog geen gedicht te zijn. Het kan best zo zijn dat het niet meer is dan een of ander hoogst intrigerend grammaticaal uitwerpsel - excuseer mijn woordkeus."  Net zoals bij de Vlaamse schrijver Paul Brondeel is bij deze Franny die 'r' er eigenlijk te veel aan. Om nog maar te zwijgen over wat Nabokov, die beginregels van zijn 'Lolita' indachtig, tong- en keelklankgewijs met die dubbele 'o' uit Zooey zou aanvangen. Feit is dat deze J.D. Salinger vandaag precies vijftien jaa...