Doorgaan naar hoofdcontent

De Pompeiianen: exporteurs van exquise wijnen en van tot saus gefermenteerde rotte vis.


"Hoe herken je een bordeel uit de oudheid? Sommige archeologen beweren dat Pompeii 75 hoerenkasten telde. Elke plaats waar een erotisch tafereel geschilderd was, beschouwen ze als een bordeel. Quasi alle gebouwen bulken van de erotische schilderijen. Seks in ruil voor geld was weidverspreid; net als nu kon je er op de meest uiteenlopende plaatsen aan je trekken komen. Dames van lichte zeden werkten thuis, of scharrelden hun prooien op in de talloze cafés. Seks was in de oudheid veel meer in your face dan nu. De huizen van Pompeii staan volgekliederd met afbeeldingen van fallussen. Stel je eens voor dat je hier in de straten van Cambridge de ene na de andere affiche met een foto van een penis in erectie zou tegenkomen. Wij zouden ons gegarandeerd ongemakkelijk voelen in een cultuur die gedomineerd wordt door fallisch machismo. Sommige historici menen dat seks in de oudheid alleen maar rond mannelijke penetratie draaide, en ze illustreren dat dan het liefste met de fallussen van Pompeii. Volgens hen stelde de romantische liefde niet veel voor. Maar die was er wel degelijk. Schilderingen op de muren getuigen van romantische liefdes zoals wij die nu kennen, met herkenbare en ontroerende tekstjes zoals: 'Ik ben verliefd, maar zij houdt niet van mij. Nu wil ik alleen nog sterven.'"

Mary Beard, blogger, classica en hoofd van het departement oude geschiedenis van de universiteit van Cambridge, in een interview met Knack naar aanleiding van de Nederlandse vertaling van haar nieuwste boek 'Pompeii: The Life of a Roman Town'.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Gevoelens van gemis, afwijzing en ontgoocheling: stuk voor stuk gaan ze in de Shelley-blender 'Mathilda' geheten...

"Mijn leven was onloochenbaar leeg en nutteloos, maar zeg nooit tegen de lelie die door regen en wind is geveld: richt je op en bloei als vanouds. Mijn hart bloedde uit een dodelijke wond, maar op een andere manier kon ik niet leven." Gevoelens van gemis, afwijzing en ontgoocheling: stuk voor stuk gaan ze in de Shelley-blender 'Mathilda' geheten. Dat, en het verplengen van tonnen tranen door de in een bad vol sombere gedachten badende ik-figuur uit deze novelle. De tweeëntwintigjarige Mary Shelley snijdt en slaat, zeker vanaf ongeveer driekwart boek, de lezer voortdurend in de armen en om de oren. Autobiografisch, deze tweehonderd jaar oude amoureuze vader-dochterdingetjes door de blik van de jonge Mathilda? Geen idee. In ieder geval is de zelfgekozen eenzaamheid van deze Mathilda van een gans andere orde dan die van pakweg Amy Winehouse . De hoop ooit voor iemand nog genegenheid te kunnen voelen, was bij de betreurde Londense zangeres-met-ook-vaderdingetjes in de mee...

Djoos Utendoale tient le fou avec moi: verzen geschreven in de taal van de volksmens aan weerskanten van de 'schreve'.

Utendoale, uit de vallei of het dal van de West-Vlaamse bergen. Djoos, van Joris. Afkomstig van Westouter: pater Joris Declercq. Troubadours en kleinkunstenaars uit de regio zoals Antoon vander Plaetse, Gerard Vermeersch en Willem Vermandere namen Declercqs verzen in hun repertorium op. Van Boeschepe tot Cassel en van Ieper tot Ekelsbeke, de ganse Westhoek ging aan Utendoales rijmsels kapot. Vlinders zijn er hellekapellen, butterschitters of flikflodders. Averullen, mulders en roenkers worden in gangbaar Nederlands meikevers. Voetelingen, sokken. Nuus, wij. Hadden pendelaars geen files onderweg dan was het volop vroeger thuus komm'n of dan-ze peisden. De poëzie van Djoos Utendoale is geschreven in een bijzonder zingend taaltje: het Westhoeks. Over de invloed van dialecten moeten we, althans pater Joris Declercq, niet al te neerbuigend doen: "En moest Luther de bijbel in het Nederduits vertaald hebben en niet in het Hochdeutsch, de taal van zijn geboortestreek, dan sprak de he...

"Als je een dichter bent laat je iets moois achter. Ik bedoel, het is de bedoeling dat je iets moois achterlaat als je van de bladzijde afgaat en alles."

"Eén ding weet ik wel," zei Franny. "Als je een dichter bent laat je iets moois achter. Ik bedoel, het is de bedoeling dat je iets moois achterlaat als je van de bladzijde afgaat en alles. Die lui waar jij het over hebt laten geen enkel mooi ding achter. Het enige dat de iets beteren misschien doen is min of meer binnen in je hoofd kruipen en daar iets achterlaten, maar enkel en alleen omdat ze dat doen, enkel en alleen omdat ze weten hoe ze iets moeten achterlaten hoeft dat nog geen gedicht te zijn. Het kan best zo zijn dat het niet meer is dan een of ander hoogst intrigerend grammaticaal uitwerpsel - excuseer mijn woordkeus."  Net zoals bij de Vlaamse schrijver Paul Brondeel is bij deze Franny die 'r' er eigenlijk te veel aan. Om nog maar te zwijgen over wat Nabokov, die beginregels van zijn 'Lolita' indachtig, tong- en keelklankgewijs met die dubbele 'o' uit Zooey zou aanvangen. Feit is dat deze J.D. Salinger vandaag precies vijftien jaa...