"Een vadsige veelvraat op een troon. België heeft er sinds kort ook één, maar wij stellen voorlopig meer fiducie in zijn Amerikaanse pendant: de minstens even majesteitelijke Solomon Burke. Als hij zijn omvangrijke derrière op een troon parkeert, is het tenminste om te zingen. En bovendien hangen in zijn rug nooit akelige leeuwenvlaggen te wapperen en hebben we hem nog nooit een Waal horen beledigen."
(Knack Focus-recensent Vincent Byloo doet een niet onaardige vergelijking in zijn bespreking van Burkes laatste worp.)
Gevoelens van gemis, afwijzing en ontgoocheling: stuk voor stuk gaan ze in de Shelley-blender 'Mathilda' geheten...
"Mijn leven was onloochenbaar leeg en nutteloos, maar zeg nooit tegen de lelie die door regen en wind is geveld: richt je op en bloei als vanouds. Mijn hart bloedde uit een dodelijke wond, maar op een andere manier kon ik niet leven." Gevoelens van gemis, afwijzing en ontgoocheling: stuk voor stuk gaan ze in de Shelley-blender 'Mathilda' geheten. Dat, en het verplengen van tonnen tranen door de in een bad vol sombere gedachten badende ik-figuur uit deze novelle. De tweeëntwintigjarige Mary Shelley snijdt en slaat, zeker vanaf ongeveer driekwart boek, de lezer voortdurend in de armen en om de oren. Autobiografisch, deze tweehonderd jaar oude amoureuze vader-dochterdingetjes door de blik van de jonge Mathilda? Geen idee. In ieder geval is de zelfgekozen eenzaamheid van deze Mathilda van een gans andere orde dan die van pakweg Amy Winehouse . De hoop ooit voor iemand nog genegenheid te kunnen voelen, was bij de betreurde Londense zangeres-met-ook-vaderdingetjes in de mee...
Reacties