* "Volgens Freud is het verlangen een pompsysteem van lustenergie. Als je die lavastroom van het verlangen tegenhoudt, dan zoekt hij elders een uitweg. Niet altijd fraai. Wat gebeurt er als de volwassen, genitale seksualiteit van buitenaf (door verboden) of van binnenin (door inhibities, neuroses, trauma's etcetera) wordt geblokkeerd? Men zoekt zijn heil in wat Freud Partialtriebe noemde, deeldriften die in principe allemaal in min of meerdere mate tot synthese moeten komen in de volwassen genitale seksualiteit, maar die bij blokkering als perversies op zich zelf komen te staan. Of zelfs totaal misgroeien. Het is een hele catalogus: voyeurisme, exhibitionisme, sadisme, maar ook zoöfilie, necrofilie en pedofilie. Perversies blijven meestal binnen de perken van de fantasie, maar worden soms ook echt ongeremd uitgeleefd, bijvoorbeeld binnen de bescherming van een instituut. Vandaar die gruwelverhalen."
(De Morgen, 15/09/2010, briefschrijver Lieven De Cauter in zijn pleidooi waarom het celibaat pedofielen creëert.)
(De Morgen, 15/09/2010, briefschrijver Lieven De Cauter in zijn pleidooi waarom het celibaat pedofielen creëert.)
* "De taalstrijd sloot toewijding aan het prille vaderland niet uit. Van de letterkundigen, filologen en andere taalminnaren die zich al snel als een Vlaamse Beweging gingen manifesteren, stelde bijna niemand België ter discussie. Omgekeerd bejegende het Franstalige establishment de Vlaamse cultuur niet vijandig. Het promoveerde de mix van Romaanse en Germaanse elementen tot een typisch kenmerk van de Belgische identiteit. Alleen geloofde dit establishment niet zo in de noodzaak van een tweede staatstaal. Wie zou bij zijn volle verstand het Frans, taal van verlichting en moderniteit, afwijzen voor een van ver op Nederlands lijkend 'patois'?
Om deze vraag te bezweren, wilde de Vlaamse Beweging dat patois upgraden. Maar hoe? Na enige discussie raakte men het eens dat wat zich in Nederland tot algemene cultuurtaal had ontwikkeld moest worden geïmporteerd. Kenners vonden de taal in het noorden van België namelijk 'vervuild' door Franse invloeden en vreesden dat een Standaardvlaams geen aanzien zou verwerven. Om de Vlaming kaas te leren eten van zijn nieuwe 'moedertaal' werd geen moeite gespaard om het enige juiste en beschaafde Nederlands te verspreiden en te promoten. Dit offensief zou een hoogtepunt bereiken in de jaren 1950 en '60, toen allerhande ABN-verenigingen floreerden en geen krant zonder taalrubriek kon."
(Knack, 08/09/2010, de Vlaamse literatuurwetenschapper Kevin Absillis schrijft een heldere geschiedenis in standaardtaal bij 30 jaar Nederlandse Taalunie.)
Reacties