Doorgaan naar hoofdcontent

"Een éénig boek, die 'Liederen van Droom en Daad'."

In de jaren '10 van de voorgaande eeuw wijdde Maria Belpaire, de sterke vrouw achter het katholieke, Vlaamsgezinde en vaderlandslievende dagblad De Belgische Standaard, in haar oorlogsbeschouwingen 'De vier wondere jaren' onder de welluidende titel ‘Een ridder van het recht’ een volledig hoofdstuk aan de uitzonderlijke persoonlijkheid van dichter-advocaat August Van Cauwelaert. Over deze bebaarde literaire duizendpoot schreef ze: "Het behoort mede tot zijn ingetogen aard dat zijn heldenmoed meest tot gelding kwam in dien tragen, koppigen wederstand door onze troepen geboden, maanden, jaren lang, in geduld en gevaar, in honger en koude, in modder en slijk en aanhoudend hernieuwden arbeid: ‘zakskens vullen’, de moederaarde steken in die schansende hulsels, die daarom ook den naam 'vaderlanderkens' kregen - alsof onze jongens echt met den grond moesten vergroeid worden om er de waarde van te vatten. Dien taaien, verslavenden arbeid heeft August Van Cauwelaert met zijn mannen gedaan: hun leven was zijn leven, hun leed zijn leed."


In de nacht van 7 op 8 april 1916 raakte de Antwerpse oorlogsvrijwilliger August Van Cauwelaert zwaar gewond. Hij werd aan de longen getroffen en door zijn jongens voorzichtig weggedragen. Zijn 'Liederen van droom en daad' (1918) bereikte een hoogtepunt in een reeks gedichten over verwond(er)ing.

Mijn jongens, ver genoeg gedragen
Mijn wrak uit nachtelijken strijd;
Nu zullen andere armen schragen
Mijn wankelende krachtloosheid.

Laat neer den last, wij moeten scheiden.
Een hand, een groet en dan: vaarwel.
Ik ga Gods tragen dag verbeiden.
Gij keert ter daverende hel.

Lijk kindren uit één bloed verbonden
Ons eender droom en eendre nood,
Toen schouder wij aan schouder stonden,
In 't dreigend aanzicht van den dood.

Wij hebben saam ons brood gebroken,
Elkaar gereikt den broederdronk,
En, trouw den zwijgende' eed gewroken
Wie stervend voor ons vaandel zonk.

Maar wie zal u naar 't vuur nu leiden
En voeren naar de zegepraal?
Mijn jongens, gaat, en God bevrijde
Uw leven voor het vliegend staal.

In dit gedicht van August Van Cauwelaert is niks scherp strelend. Alles wordt naar binnen gekeerd, besloten en wars van alle schitterende buitensporigheid. Ingehouden, innig en zwijgzaam verhaalt hij zijn lijden en dat van zijn volk. Maria Belpaire becommentarieerde deze oorlogsverzen overdreven devoot: "Wat kan men bij zulke poëzie, uit het hart gevloeid, voegen? Wat baat het uit te weiden over een leven, zoo nobel geleefd en zoo overheerlijk schoon ingetogen? Beter is het in innige roering die 'Liederen van Droom en Daad' te aanhooren, stil, de handen gevouwen, het hoofd gebogen, zooals men luistert naar heilige muziek, brengend het hoogste van 't eeuwige in 't kostelijkste van den tijd."


De vier wondere jaren / M.E. Belpaire. – S.l. : s.n., [1920]. – 165 p.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Gevoelens van gemis, afwijzing en ontgoocheling: stuk voor stuk gaan ze in de Shelley-blender 'Mathilda' geheten...

"Mijn leven was onloochenbaar leeg en nutteloos, maar zeg nooit tegen de lelie die door regen en wind is geveld: richt je op en bloei als vanouds. Mijn hart bloedde uit een dodelijke wond, maar op een andere manier kon ik niet leven." Gevoelens van gemis, afwijzing en ontgoocheling: stuk voor stuk gaan ze in de Shelley-blender 'Mathilda' geheten. Dat, en het verplengen van tonnen tranen door de in een bad vol sombere gedachten badende ik-figuur uit deze novelle. De tweeëntwintigjarige Mary Shelley snijdt en slaat, zeker vanaf ongeveer driekwart boek, de lezer voortdurend in de armen en om de oren. Autobiografisch, deze tweehonderd jaar oude amoureuze vader-dochterdingetjes door de blik van de jonge Mathilda? Geen idee. In ieder geval is de zelfgekozen eenzaamheid van deze Mathilda van een gans andere orde dan die van pakweg Amy Winehouse . De hoop ooit voor iemand nog genegenheid te kunnen voelen, was bij de betreurde Londense zangeres-met-ook-vaderdingetjes in de mee...

Djoos Utendoale tient le fou avec moi: verzen geschreven in de taal van de volksmens aan weerskanten van de 'schreve'.

Utendoale, uit de vallei of het dal van de West-Vlaamse bergen. Djoos, van Joris. Afkomstig van Westouter: pater Joris Declercq. Troubadours en kleinkunstenaars uit de regio zoals Antoon vander Plaetse, Gerard Vermeersch en Willem Vermandere namen Declercqs verzen in hun repertorium op. Van Boeschepe tot Cassel en van Ieper tot Ekelsbeke, de ganse Westhoek ging aan Utendoales rijmsels kapot. Vlinders zijn er hellekapellen, butterschitters of flikflodders. Averullen, mulders en roenkers worden in gangbaar Nederlands meikevers. Voetelingen, sokken. Nuus, wij. Hadden pendelaars geen files onderweg dan was het volop vroeger thuus komm'n of dan-ze peisden. De poëzie van Djoos Utendoale is geschreven in een bijzonder zingend taaltje: het Westhoeks. Over de invloed van dialecten moeten we, althans pater Joris Declercq, niet al te neerbuigend doen: "En moest Luther de bijbel in het Nederduits vertaald hebben en niet in het Hochdeutsch, de taal van zijn geboortestreek, dan sprak de he...

"Als je een dichter bent laat je iets moois achter. Ik bedoel, het is de bedoeling dat je iets moois achterlaat als je van de bladzijde afgaat en alles."

"Eén ding weet ik wel," zei Franny. "Als je een dichter bent laat je iets moois achter. Ik bedoel, het is de bedoeling dat je iets moois achterlaat als je van de bladzijde afgaat en alles. Die lui waar jij het over hebt laten geen enkel mooi ding achter. Het enige dat de iets beteren misschien doen is min of meer binnen in je hoofd kruipen en daar iets achterlaten, maar enkel en alleen omdat ze dat doen, enkel en alleen omdat ze weten hoe ze iets moeten achterlaten hoeft dat nog geen gedicht te zijn. Het kan best zo zijn dat het niet meer is dan een of ander hoogst intrigerend grammaticaal uitwerpsel - excuseer mijn woordkeus."  Net zoals bij de Vlaamse schrijver Paul Brondeel is bij deze Franny die 'r' er eigenlijk te veel aan. Om nog maar te zwijgen over wat Nabokov, die beginregels van zijn 'Lolita' indachtig, tong- en keelklankgewijs met die dubbele 'o' uit Zooey zou aanvangen. Feit is dat deze J.D. Salinger vandaag precies vijftien jaa...