
Als mijn nagels waren oneindig lang,
dan kwam ik makkelijk'r an die neusbeesten d'ran.
Kan je, in de wetenschap van pas afgeknipte vingernagels, in bovenstaand koppeltje regels spreken over heimwee naar reeds lang vervlogen vingertopdeksels? Of zijn de verzen daarvoor net iets te banaal? Ik twijfel... net zoals bij volgend gedicht waarin Van der Pluijm op de rand van zijn onbegrensd verlangen en kunnen naar een doodgewone zondag loopt te balanceren...
dan kwam ik makkelijk'r an die neusbeesten d'ran.
Kan je, in de wetenschap van pas afgeknipte vingernagels, in bovenstaand koppeltje regels spreken over heimwee naar reeds lang vervlogen vingertopdeksels? Of zijn de verzen daarvoor net iets te banaal? Ik twijfel... net zoals bij volgend gedicht waarin Van der Pluijm op de rand van zijn onbegrensd verlangen en kunnen naar een doodgewone zondag loopt te balanceren...
Dank u
een oude krant waait weg over het verlaten perron
onwetend van station of trein.
stoppelige mannen drinken kopjes koffie
in het kale godverlaten restauratielokaal.
de serveerster langer dan ze is door hakken
en bollend hooggestoken lokken
wiegt plomp heur heupen in zwart mini.
ijlgrijze nevelvlagen breken tegen het raam.
als het zachtjes gaat motregenen
is het duidelijker dan ooit
de dag des heren.
Cees van der Pluijm, uit: Van liefde en een niet te lessen dorst (1998)
een oude krant waait weg over het verlaten perron
onwetend van station of trein.
stoppelige mannen drinken kopjes koffie
in het kale godverlaten restauratielokaal.
de serveerster langer dan ze is door hakken
en bollend hooggestoken lokken
wiegt plomp heur heupen in zwart mini.
ijlgrijze nevelvlagen breken tegen het raam.
als het zachtjes gaat motregenen
is het duidelijker dan ooit
de dag des heren.
Cees van der Pluijm, uit: Van liefde en een niet te lessen dorst (1998)
Reacties