Van de vandaag jarige Russische schrijver Maksim Gorki (1868-1936) spreekt vooral zijn rol als beschermer van de Russische cultuur en als bemiddelaar tussen volk en bolsjewieken vlak na de oktoberrevolutie nog steeds boekdelen. Toen Isaak Bábel in de nadagen van de burgeroorlog, nadat al zijn verhalen geweigerd waren, helemaal platzak door de straten van Petrograd liep, verzuchtte hij: "En dus bleef er maar één ding over: naar Gorki gaan."
Verder doe je dezer dagen ook best je voordeel met het lyrische natuurproza waarmee deze indrukwekkende Rus grote stukken van zijn onbevangen literaire autobiografie, waarvan deze 'Onder de mensen' (1914) het middelste deel is, wist te kruiden: "De vogels zijn wakker. De zwarte mezen laten zich als grauwe donsbolletjes van de ene tak op de andere vallen, de vlammend rode kruisbekken verpulveren met hun kromme snavels de kegels in de toppen van de dennen, aan de punt van een dennetak balanceert, zijn lange staartveren opgewipt, een witte staartmees en kijkt met een zwart kraaloogje argwanend naar het net dat ik heb gespannen. En gek, van het ene moment op het andere hoor je het hele bos, dat een minuut geleden nog plechtige mijmerende stilte ademde, weergalmen van honderden vogelstemmen en bruisen van het leven van deze zuiverste wezens op aarde - naar hun beeld heeft, de mens, de vader van alle aardse schoonheid, zich tot eigen welbehagen elfen, cherubijnen, serafijnen en heel de engelenschaar geschapen."
Onder de mensen / Maksim Gorki (auteur), Maarten Tengbergen (vertaler). - Utrecht/Antwerpen : Het Spectrum, 1983. - 358 p.
Reacties