Doorgaan naar hoofdcontent

Lezen en laten lezen, deze late Johann Wolfgang von Goethe...

"Niemand zou met een bril op zijn neus een intieme ruimte binnenkomen als hij wist dat ons vrouwen meteen de lust vergaat om hem aan te kijken en met hem te praten." Als je maar hard genoeg aan zijn starre, zielloze huid weet te krabben, aldus wijlen Gerrit Komrij in een geanimeerd leesadvies over de jonge Johann Wolfgang von Goethe, die van de 'Werther' dus, dan komt dat glansrijke van dat onberekenbare loeder, die gefrustreerde erotomaan en de superieure parodist die deze bijzonder veelzijdige man uiteindelijk in één schrijver wist te verzamelen, als vanzelf naar boven.


Nadat hij een aantal jaren ervoor met zijn Weimar-jeugdliefde Christiane Vulpius was getrouwd (lees: Eduard en Charlotte), zette Goethe zich vanaf mei 1808 aan deze 'Die Wahlverwandtschaften'. Pas zestig geworden en heel hard zijn best doend die uitgestelde midlife achter zijn dagelijkse geflirt met de dartele twintigerbuurmeisjes Minna Herzlieb en Sylvie von Ziegesar (lees: Eduard en Ottilie) weg te moffelen, kwam dit raadselachtig geschreven kunstwerk er in het najaar van 1809 dan toch. Opnieuw is er, zij het dan iets meer subtiel-illusieloos dan in zijn 'Werther', die conventionele pen van een typische Goethe met de nodige tweeslachtigheid, de voortdurende doodsdrift en de van tussen de regels springende walging voor de beschaving. Voorts is vooral de mateloosheid waaraan Eduard en Ottilie (lees: Goethe en zijn buurmeisjes) zich in deze roman tegoed doen opvallend te noemen. En ja, ook met de vreemde keuze van vertaalster Ria van Hengel voor de weinig tot de verbeelding sprekende titel 'Affiniteiten' kunnen diverse symposiumzalen vertalers worden gevuld, maar dat maakt het plezier van al dat vergapen aan die pronkzuchtige heiligen tegen de secuur gebouwde gebinten van deze treffende oude Goethe-kathedraal er zeker niet minder op. Getuige hiervan is deze Ottilie die, bij het nieuws dat haar geliefde Eduard zich als soldaat voor de oorlog heeft aangemeld en gelijk naar het front vertrokken is, wordt bevangen door een innerlijke rust waar ik in een zelfhulpgids van pakwek Edel Maex zo zou over lezen: "Gelukkig kan de mens slechts een bepaald deel van zijn ongeluk bevatten; wat daarbovenuit gaat vernietigt hem of laat hem koud. Er zijn situaties waarin vrees en hoop één worden, elkaar opheffen en verdwijnen in een duistere gevoelloosheid. Hoe zouden wij anders in staat zijn de verdwenen geliefde uur na uur in gevaar te weten en toch maar door te gaan met ons gewone dagelijkse leven." 
Lezen en laten lezen, deze late Johann Wolfgang von Goethe wiens weergaloze gevoel voor zelfspot een gigantisch oeuvre wist voort te brengen. Want dat hij er als jongeman de mens niet naar was om uit onbeantwoorde liefde zelfmoord te plegen, staat in zijn eigen levensgeschiedenis 'Dichtung und Wahrheit' (1811) te lezen: "(…) maar omdat het me toch nooit zou lukken, lachte ik mezelf uit, gooide alle hypochondrische fratsen overboord, en besloot te leven!"


Affiniteiten / Johann Wolfgang von Goethe (auteur), Ria Van Hengel (vertaler). - Amsterdam : Athenaeum-Polak & Van Gennep, 2010. - 296 p. 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Gevoelens van gemis, afwijzing en ontgoocheling: stuk voor stuk gaan ze in de Shelley-blender 'Mathilda' geheten...

"Mijn leven was onloochenbaar leeg en nutteloos, maar zeg nooit tegen de lelie die door regen en wind is geveld: richt je op en bloei als vanouds. Mijn hart bloedde uit een dodelijke wond, maar op een andere manier kon ik niet leven." Gevoelens van gemis, afwijzing en ontgoocheling: stuk voor stuk gaan ze in de Shelley-blender 'Mathilda' geheten. Dat, en het verplengen van tonnen tranen door de in een bad vol sombere gedachten badende ik-figuur uit deze novelle. De tweeëntwintigjarige Mary Shelley snijdt en slaat, zeker vanaf ongeveer driekwart boek, de lezer voortdurend in de armen en om de oren. Autobiografisch, deze tweehonderd jaar oude amoureuze vader-dochterdingetjes door de blik van de jonge Mathilda? Geen idee. In ieder geval is de zelfgekozen eenzaamheid van deze Mathilda van een gans andere orde dan die van pakweg Amy Winehouse . De hoop ooit voor iemand nog genegenheid te kunnen voelen, was bij de betreurde Londense zangeres-met-ook-vaderdingetjes in de mee...

Djoos Utendoale tient le fou avec moi: verzen geschreven in de taal van de volksmens aan weerskanten van de 'schreve'.

Utendoale, uit de vallei of het dal van de West-Vlaamse bergen. Djoos, van Joris. Afkomstig van Westouter: pater Joris Declercq. Troubadours en kleinkunstenaars uit de regio zoals Antoon vander Plaetse, Gerard Vermeersch en Willem Vermandere namen Declercqs verzen in hun repertorium op. Van Boeschepe tot Cassel en van Ieper tot Ekelsbeke, de ganse Westhoek ging aan Utendoales rijmsels kapot. Vlinders zijn er hellekapellen, butterschitters of flikflodders. Averullen, mulders en roenkers worden in gangbaar Nederlands meikevers. Voetelingen, sokken. Nuus, wij. Hadden pendelaars geen files onderweg dan was het volop vroeger thuus komm'n of dan-ze peisden. De poëzie van Djoos Utendoale is geschreven in een bijzonder zingend taaltje: het Westhoeks. Over de invloed van dialecten moeten we, althans pater Joris Declercq, niet al te neerbuigend doen: "En moest Luther de bijbel in het Nederduits vertaald hebben en niet in het Hochdeutsch, de taal van zijn geboortestreek, dan sprak de he...

"Als je een dichter bent laat je iets moois achter. Ik bedoel, het is de bedoeling dat je iets moois achterlaat als je van de bladzijde afgaat en alles."

"Eén ding weet ik wel," zei Franny. "Als je een dichter bent laat je iets moois achter. Ik bedoel, het is de bedoeling dat je iets moois achterlaat als je van de bladzijde afgaat en alles. Die lui waar jij het over hebt laten geen enkel mooi ding achter. Het enige dat de iets beteren misschien doen is min of meer binnen in je hoofd kruipen en daar iets achterlaten, maar enkel en alleen omdat ze dat doen, enkel en alleen omdat ze weten hoe ze iets moeten achterlaten hoeft dat nog geen gedicht te zijn. Het kan best zo zijn dat het niet meer is dan een of ander hoogst intrigerend grammaticaal uitwerpsel - excuseer mijn woordkeus."  Net zoals bij de Vlaamse schrijver Paul Brondeel is bij deze Franny die 'r' er eigenlijk te veel aan. Om nog maar te zwijgen over wat Nabokov, die beginregels van zijn 'Lolita' indachtig, tong- en keelklankgewijs met die dubbele 'o' uit Zooey zou aanvangen. Feit is dat deze J.D. Salinger vandaag precies vijftien jaa...