De sound van Hölderlin, onder de onmetelijkheid van de hemel: "Zoals van ijzer mijn hemel is, zo versteend ben ik.'"
Naast Muhammad Ali sloeg 'The Greatest' ook op Friedrich Hölderlin en zijn heengaan op 7 juni 1843. Vandaag dus precies zoveel jaren her. Slauerhoff, Brahms, Hegel, Nono, Bloem, Schelling, Schumann,... Allemaal werden ze ooit aangeraakt door die typische Hölderlin-sound van 'aldoor draait het om alle denkbare tegenstellingen in een mensenleven'. Wie Hölderlin denkt, zegt eigenlijk ook de Tübinger Stift, Susette Gontard, Hyperion, geslagen door Apollo, de Neckar en de Hölderlinturm. Ongeveer halverwege dat wonderbaarlijke 'Avondfantasie', een van zijn odes uit 1799, is daar die doorn waarvoor Hölderlin-vertaler en dichter Kester Freriks volgende verklaring: "Altijd eenzaam is de dichter onder de hemel. Hij geeft zelfs een reden voor die eenzaamheid: zijn hart begeert te veel. Dát is de doorn in zijn innerlijk, 'der Stachel' die hem nooit met rust laat. In de laatste strofe roept de dichter de zoete slaap aan van de ouderdom die hem vrede zal schenken. Hij is onder de onmetelijkheid van de hemel alleen. Later zal Hölderlin, in een brief aan Friedrich Schiller gedateerd 4 september 1795, over diezelfde hemel schrijven: 'Zoals van ijzer mijn hemel is, zo versteend ben ik.'"
Alleen al daarom en vandaag: "Zum Wohl, lieber Friedrich, zum Wohl!"
Reacties