In 1862 trouwde Lev Tolstoj, bij leven al een beroemdheid van Messiaanse allure, met de zestien jaar jongere Sofija Behrs. Deze Moskouse dame van stand was, naast bestierster van twaalf welteverstaan, (amateur)fotografe, kunstschilderes en dagboekschrijfster ineen. Van dat laatste is naar ’t schijnt zelfs een heuse Privé-domein in omloop. Tegenwoordig haal je, onder de titelbombast 'Songs without words: the photographs and diaries of Countess Sophia Tolstoy' (NGS, 2007), een selectie van Behrs' fascinerende (familie)kiekjes voor een internetprikje zomaar in huis.
Wat opvalt in alle portretten van haar schrijvende echtgenoot is de catatoon in fotomodel Lev: typische klederdracht met lederen riem, handjes eronder, beide duimen over de band met ietsje verder hogerop twee van die priemende ogen waarachter 's werelds morele verontwaardiging verstopt. Dat ene snapshot op die meidag in 1907, met kleindochter Tanechka op schoot, niet meegerekend natuurlijk: het begin van een glimlach tussen baard en snor en een licht gebalde vuist ter hoogte van haar rechteroor. Voor een keer kon die typische pose van Ruslands orakel vanop landgoed Jasnaja Poljana, die van oud-strijder van de Krimoorlog op zijn best als hij in zijn geschriften autobiografisch aan de slag kon, hem gestolen worden. Voor een keer dus. Al kan het ook zijn dat vrouwlief Sofija haar Lev die ochtend gewoon te snel af was.
Reacties