Doorgaan naar hoofdcontent

Frank Hellemans weet wel beter!

Van Robbers' vrees dat geen lezend landgenoot, door stukjes autobiografie en achtergrondinformatie bij Vlaamse schrijvers, nader zou komen tot "het wezen van de kunstenaar" deed ik afgelopen week reeds melding. En dat André de Ridder, als volbloed-snotneus en als allereerste Vlaamse literaire journalist aan het begin van de vorige eeuw op pad mocht, op zoek naar de 'mens' achter de Vlaamse schrijver en ter argumentatie hiervan ergens schreef dat zijn ‘reportagestudies’ niet bedoeld waren om de ongezonde nieuwsgierigheid van sommige lezers te bevredigen, is tegenwoordig algemeen goed onder het besprekersgild. Ook De Ridders' historische uitspraak dat hij van de geïnterviewde Vlaamse schrijvers “slechts zooveel van hun menschelijk bestaan aan het klokzeel" wenste te hangen "als er noodig is tot betere en volkomenere begrijpenis en waardeering van hunne literatuur" is sedert meer dan een eeuw verworden tot een van dé basisregels in het besprekersvak.
Deze gigantische omweg dus om in mijn voorgaande 'post' aan te tonen dat Knack-recensent Frank Hellemans in zijn bespreking van Verhulsts 'Godverdomse dagen...' door één enkele zin zijn overigens heel degelijke recensie wist te degraderen tot die van de non-recensie. Straffe woorden! Nu heeft mijnheer Hellemans iets verderop in diezelfde Knack-editie, dankzij twee kritische papieren zijden vol bedenkingen bij het Vlaamse literaire merk Lanoye, alle verdenkingen in een beweging van zich af weten te wrijven. Nooit eerder gezien! Nu is het een publiek geheim dat de nv Roularta Media Group en de nv Lanoye, wegens niet complementaire fondsen, nooit in één en dezelfde beleggersportefeuille kunnen. Vandaar ook het kleine, vieze smaakje aan Hellemans' pamflet. Toch geeft dit geschreven stuk een duidelijk en genuanceerd beeld over het reilen en zeilen tijdens de raden van bestuur bij de nv Lanoye. De rancune van de criticus in kwestie, Frank Hellemans, jegens één van Vlaanderens best verkopende schrijvers, is dikwijls niet voldoende weggestopt. Maar toch. Dit soort kritisch geschrijf heb ik gaarne. En lees ik, behalve in door niemand geraadpleegde en gelezen, kleine, gesubsidieerde literaire periodieken, bijna nooit in een goed verkopend en wijd verspreid week- of dagblad. Vandaar ook hier een aantal uittreksels uit dit polemisch 'stukje' met als titel 'Van muze tot merk: na de 50e verjaardag van Tom Lanoye'.
"'Voor de Poen.' Toen Tom Lanoye 25 jaar geleden officieel debuteerde met 'Rozegeur en maneschijn', een bundeling kritieken, liet hij zijn eersteling provocatief met deze opdracht met grote P te water. Ondertussen bestiert hij open en bloot en zonder enige ironie whatsoever een heuse nv, waar zijn partner René Los, econoom van opleiding, de boekhouding van voert en Lanoyes zus de juridische kant van verzorgt. Zelf steekt Lanoye het niet onder stoelen of banken dat hij goed boert. In een interview met Het Nieuwsblad van 29 maart 2003 zei hij dat een goed jaar hem acht à tien miljoen frank (200.000 à 250.000 euro) opbracht. Volgens Graydon, bureau van handelsinformatie, keerde de 'nv Lanoye' aan zijn aandeelhouders in 2005 een dividend uit van 3000 euro; in 2006 bedroeg die winstuitkering 20.000 euro. Niet verwonderlijk dus dat Lanoye zich een Zuid-Afrikaanse, zonovergoten residentie mét zwembad kan veroorloven, waar hij zich in de kille Belgische wintermaanden terugtrekt om netjes volgens het businessplan zijn nieuwste producten in elkaar te draaien. Want 'Literaire variété & afgewerkte producten', zoals hij zijn schrijverij in 1991 tegenover Paul Buekenhout typeerde, blijven zijn waarmerk.
(...)
Partners in crime bij dit uitgelezen staaltje van literaire branding waren Anni Van Landeghem en Bart Vanegeren. Van Landeghem, Lanoyes redactrice van het eerste uur, lanceerde hem in 1983 bij uitgeverij 'Kritak', waar zij toen André Van Halewyck assisteerde in het uitgeefbedrijf. Wanneer Van Landeghem de overstap maakt naar 'De Standaard' en daar opklimt als adjunct-algemeen hoofdredacteur en rechterhand van Peter Vandermeersch, slaat het uur van Lanoye. Waar hij vroeger vooral in 'De Morgen' en 'Humo' zijn ding deed, wordt hij nu door Van Landeghem gelinkt aan de verjongingsoperatie binnen 'De Standaard', zónder AVV-VVK maar mét internetadres op de voorpagina. Lanoyes bewerkingen van Engelse gedichten uit de Eerste Wereldoorlog werden er in november 2001 met veel poeha in vervolgafleveringen gepubliceerd, ondanks protest van Paul Claes over de bedenkelijke vertaalkwaliteit ervan. Geen wonder dat Lanoye bij zijn vijfigste verjaardag een exclusieve 'Standaard der Letteren'-hommage kreeg aangeboden waarin enkele slippendragers hem kritiekloos konden bewieroken. Vanegeren, jarenlang maatje van Lanoye en medeaandeelhouder van de nv Lanoye, maakte zich in de 'Gouden Uil'-jury telkens sterk voor het werk van Lanoye en slaagde erin om hem in 2003 voor 'Boze tongen', een karikatuur van een roman en zeker niet zijn beste werk, effectief te laten bekronen. Sinds Vanegeren adjunct-hoofdredacteur van 'Humo' is, staat er wekelijks een gastcolumn van Lanoye in het blad, ook al valt het Lanoye soms zichtbaar moeilijk om zich nog echt ergens over op te winden. Toen Geert Joris, levensgezel van Anni Van Landeghem, drie jaar geleden baas werd van 'Boek.be', de koepelorganisatie voor al wie van het boek leeft, kon de pret voor Lanoye niet meer op. Hij werd prompt door Joris ingehuurd om een nieuwe, meer swingende en vooral mediagenieke editie van de 'Literaire Lente' in Gent boven de doopvont te houden.
(...)
Natuurlijk is er niets op tegen dat Lanoye doet wat hij doet. Integendeel zelfs: eindelijk nog eens een schrijver die bewijst dat literatuur de massa's kan beroeren. Vooral Lanoyes uitzinnige toneelbewerkingen - en vroege polemieken waar nog authentieke verontwaardiging in omging - zullen overeind blijven. Maar de media-aandacht die Lanoye voor zijn variéténummertjes krijgt, is buiten proportie en niet evenredig met de literaire kwaliteiten ervan. Dat Lanoye zich graag het imago van een nieuwe Claus (zie: de special van 'Vrij Nederland') laat aanleunen na het vacuüm dat door diens overlijden in literair Vlaanderen ontstond, betekent nog niet dat dit ook zo is.
(...)
Wanneer 'Klara' zich dus naar aanleiding van Lanoyes vijftigste verjaardag helemaal omtoverde tot kritiekloze Lanoyeboetiek en alle andere literaire kanalen en blogs zelfs tijdelijk afsloot, gaf de VRT daarmee het signaal dat Lanoye de literaire norm vertegenwoordigt, terwijl hij slechts een van de vele interessante Nederlandstalige auteurs is. (Alleen radiojournalist Johan De Haes deed niet mee aan het obligate hip-hip-hoera en karakteriseerde Lanoye terecht op de eerste plaats als pastichekunstenaar of creatieve imitator.) Nochtans is de VRT tot nader order een overheidsbedrijf dat genuanceerde informatie en diversiteit hoog in het vaandel voert. Het marketingargument van literaire branding geldt met andere woorden niet voor een niet-commercieel bedrijf als de VRT. Door mee te gaan in de marketingstrategie van privébedrijven als 'Sanoma' (Humo) en 'Corelio' (De Standaard) doet de openbare omroep de Vlaamse literatuur dus drastisch tekort. Of gaat ze binnenkort ook een happening organiseren voor de 90-jarige Michiels, de 70-jarige Van den Broeck, de 65-jarige Claes of de 50-jarige Yves Petry (die laatste party laat dan nog wel eventjes op zich wachten)?
(...)
Je zou van minder heimwee krijgen naar tijden toen er in de meeste media nog plaats was voor kritische kanttekeningen en eigenzinnige dissidentie, in plaats van het hosannatoontje van tegenwoordig. Klaas Tindemans was destijds alvast niet onder de indruk van 'Jamboree', de eerste literaire performance van Lanoye uit 1983, en kon zijn kritische reserves ook nog kond doen in de kolommen van 'De Standaard' van 2 februari 1984: 'Literair is Tom Lanoye een mager beestje, en als polemist trapt hij open deuren in: seksuele taboes, klerikalisme, de neoflowerpower en andere thema's waarover de meeste intellectuelen allang uitgepraat zijn.
(...)
Lanoye klopt schuim, dat weliswaar zoet smaakt maar dat je zonder moeite kan wegblazen. Om echt subversief te zijn, moet je van betere huize komen.'"
That's all folks!

Reacties

Populaire posts van deze blog

Djoos Utendoale tient le fou avec moi: verzen geschreven in de taal van de volksmens aan weerskanten van de 'schreve'.

Utendoale, uit de vallei of het dal van de West-Vlaamse bergen. Djoos, van Joris. Afkomstig van Westouter: pater Joris Declercq. Troubadours en kleinkunstenaars uit de regio zoals Antoon vander Plaetse, Gerard Vermeersch en Willem Vermandere namen Declercqs verzen in hun repertorium op. Van Boeschepe tot Cassel en van Ieper tot Ekelsbeke, de ganse Westhoek ging aan Utendoales rijmsels kapot. Vlinders zijn er hellekapellen, butterschitters of flikflodders. Averullen, mulders en roenkers worden in gangbaar Nederlands meikevers. Voetelingen, sokken. Nuus, wij. Hadden pendelaars geen files onderweg dan was het volop vroeger thuus komm'n of dan-ze peisden. De poëzie van Djoos Utendoale is geschreven in een bijzonder zingend taaltje: het Westhoeks. Over de invloed van dialecten moeten we, althans pater Joris Declercq, niet al te neerbuigend doen: "En moest Luther de bijbel in het Nederduits vertaald hebben en niet in het Hochdeutsch, de taal van zijn geboortestreek, dan sprak de he...

Gevoelens van gemis, afwijzing en ontgoocheling: stuk voor stuk gaan ze in de Shelley-blender 'Mathilda' geheten...

"Mijn leven was onloochenbaar leeg en nutteloos, maar zeg nooit tegen de lelie die door regen en wind is geveld: richt je op en bloei als vanouds. Mijn hart bloedde uit een dodelijke wond, maar op een andere manier kon ik niet leven." Gevoelens van gemis, afwijzing en ontgoocheling: stuk voor stuk gaan ze in de Shelley-blender 'Mathilda' geheten. Dat, en het verplengen van tonnen tranen door de in een bad vol sombere gedachten badende ik-figuur uit deze novelle. De tweeëntwintigjarige Mary Shelley snijdt en slaat, zeker vanaf ongeveer driekwart boek, de lezer voortdurend in de armen en om de oren. Autobiografisch, deze tweehonderd jaar oude amoureuze vader-dochterdingetjes door de blik van de jonge Mathilda? Geen idee. In ieder geval is de zelfgekozen eenzaamheid van deze Mathilda van een gans andere orde dan die van pakweg Amy Winehouse . De hoop ooit voor iemand nog genegenheid te kunnen voelen, was bij de betreurde Londense zangeres-met-ook-vaderdingetjes in de mee...

"Als je een dichter bent laat je iets moois achter. Ik bedoel, het is de bedoeling dat je iets moois achterlaat als je van de bladzijde afgaat en alles."

"Eén ding weet ik wel," zei Franny. "Als je een dichter bent laat je iets moois achter. Ik bedoel, het is de bedoeling dat je iets moois achterlaat als je van de bladzijde afgaat en alles. Die lui waar jij het over hebt laten geen enkel mooi ding achter. Het enige dat de iets beteren misschien doen is min of meer binnen in je hoofd kruipen en daar iets achterlaten, maar enkel en alleen omdat ze dat doen, enkel en alleen omdat ze weten hoe ze iets moeten achterlaten hoeft dat nog geen gedicht te zijn. Het kan best zo zijn dat het niet meer is dan een of ander hoogst intrigerend grammaticaal uitwerpsel - excuseer mijn woordkeus."  Net zoals bij de Vlaamse schrijver Paul Brondeel is bij deze Franny die 'r' er eigenlijk te veel aan. Om nog maar te zwijgen over wat Nabokov, die beginregels van zijn 'Lolita' indachtig, tong- en keelklankgewijs met die dubbele 'o' uit Zooey zou aanvangen. Feit is dat deze J.D. Salinger vandaag precies vijftien jaa...