Dat de door alle fijnlezende Vlamingen in beide armen gesloten Jeroen Brouwers vandaag zeventig ondiepe watertjes mag doorwaden, daar hebben een tweetal Vlaamse (kwaliteits)kranten ons gisteren en eergisteren al aan herinnerd. Dank! Dat De Standaard der Letteren op zijn cover daarom uitpakt met een bijbelse foto van diezelfde immer bedenkelijk kijkende literaire mastodont voor zijn al even indrukwekkende boekenkast - bovenaan een in het zonlicht badend hoofd en ongeveer in het midden de eeuwige sigaret in de massieve hand - met aan zijn rechterbeen de kop 'Ik ben gelukkig' gebeiteld, is voor de doorsnee Brouwersiaan toch even heel hard schrikken. Ik hing, toen ik deze ongewone openbaring poogde in te slikken, achter het stuur van de eigenste wagen in een zoveelste file ergens op een Vlaamse rijksweg. Omgeven door het schoonste, grofkorrelige bruin van vers omgeploegde akkers. De bestuurster van de wagen voor mij mocht bijna delen in mijn verbazing. Héél close, gebumperstoot. ...