Doorgaan naar hoofdcontent

Jaloezie tijdens een schrijfstuk...


“Waarom ben ik een armoedzaaier en vele, héél vele andere mannen niet? Ik werk me te pletter, dag en nacht zit ik aan m’n schrijftafel van 'Ikea' die twintig jaar oud is, ik ram het ene meesterwerk na het andere uit m’n computer die vijftien jaar oud is, en ik verdien met al die arbeid het zout op m’n patatten niet, terwijl zo’n Terrin, die maar om het decennium een halfgaar romannetje in elkaar flanst, zomaar 50.000 euro in de schoot geworpen krijgt. Met z’n janettenbrilletje en z’n pretentieuze kop. Op de koop toe heeft hij een vrouw en ik niet. Praktisch iedere vent heeft een vrouw en ik niet. Dat ik daardoor jaloers ben op praktisch iedere vent, dat neem ik hun vrouwen nog meer kwalijk dan die venten zelf.”

Dat komt ervan als een voltallige AKO-jury de tijdens een verdrinking watervrezende Brusselmans begin september enkel tipte en naliet om 'Het Heilige Haar' een aantal weken daarna ook te toppen. De verzamelde redactie van de 'De Standaard Weekblad' legde, op zoek naar wat spectaculaire kwaadsprekerij van de ene schrijver over de andere (maar vooral van die ene over zichzelf), voor haar speciale jaloezie-editie daarom het oor te luisteren bij deze immer sympathieke Oost-Vlaamse veelschrijver. Daar Brusselmans 's mans genoeg is zichzelf en zijn schrijverij voortdurend te relativeren, hij de sossen een tijdje geleden al de rug toekeerde en Patrick Janssens onlangs als voorzitter van de volgende AKO-jury werd aangeduid, zijn de vooruitzichten op een Herman-Met-Een-Literaire-Prijs ook voor de volgende Amsterdamsche Kiosk Onderneming-editie helaas opnieuw zo goed als onbestaande.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Djoos Utendoale tient le fou avec moi: verzen geschreven in de taal van de volksmens aan weerskanten van de 'schreve'.

Utendoale, uit de vallei of het dal van de West-Vlaamse bergen. Djoos, van Joris. Afkomstig van Westouter: pater Joris Declercq. Troubadours en kleinkunstenaars uit de regio zoals Antoon vander Plaetse, Gerard Vermeersch en Willem Vermandere namen Declercqs verzen in hun repertorium op. Van Boeschepe tot Cassel en van Ieper tot Ekelsbeke, de ganse Westhoek ging aan Utendoales rijmsels kapot. Vlinders zijn er hellekapellen, butterschitters of flikflodders. Averullen, mulders en roenkers worden in gangbaar Nederlands meikevers. Voetelingen, sokken. Nuus, wij. Hadden pendelaars geen files onderweg dan was het volop vroeger thuus komm'n of dan-ze peisden. De poëzie van Djoos Utendoale is geschreven in een bijzonder zingend taaltje: het Westhoeks. Over de invloed van dialecten moeten we, althans pater Joris Declercq, niet al te neerbuigend doen: "En moest Luther de bijbel in het Nederduits vertaald hebben en niet in het Hochdeutsch, de taal van zijn geboortestreek, dan sprak de he...

"Als je een dichter bent laat je iets moois achter. Ik bedoel, het is de bedoeling dat je iets moois achterlaat als je van de bladzijde afgaat en alles."

"Eén ding weet ik wel," zei Franny. "Als je een dichter bent laat je iets moois achter. Ik bedoel, het is de bedoeling dat je iets moois achterlaat als je van de bladzijde afgaat en alles. Die lui waar jij het over hebt laten geen enkel mooi ding achter. Het enige dat de iets beteren misschien doen is min of meer binnen in je hoofd kruipen en daar iets achterlaten, maar enkel en alleen omdat ze dat doen, enkel en alleen omdat ze weten hoe ze iets moeten achterlaten hoeft dat nog geen gedicht te zijn. Het kan best zo zijn dat het niet meer is dan een of ander hoogst intrigerend grammaticaal uitwerpsel - excuseer mijn woordkeus."  Net zoals bij de Vlaamse schrijver Paul Brondeel is bij deze Franny die 'r' er eigenlijk te veel aan. Om nog maar te zwijgen over wat Nabokov, die beginregels van zijn 'Lolita' indachtig, tong- en keelklankgewijs met die dubbele 'o' uit Zooey zou aanvangen. Feit is dat deze J.D. Salinger vandaag precies vijftien jaa...

"Whitman is de grootste kunstenaar die zijn natie heeft voortgebracht. Zijn gelijken zijn Milton, Bach, Michelangelo en de barokke meesters van sublimiteit."

(...)  hij was een peer van een okeë vent het mondje rap geroerd opvliegend  niet onknap sloeg hij het leven als een oude gabber op de schouders  hield wel van een humorgeintje zou zijn leven geven voor een vriend  dol op de vrouwtjes gematigd gokker at en dronk met smakken  kwister van duiten verloor hij de moed tegen het einde hij werd ziek  hij werd geholpen door een bijdrage hij stierf op eenenveertigjarige leeftijd en dat was zijn begrafenis  thumbs up of up yours boezelaar cape handschoenen riem  zweep met zorg uitgekozen baas starter uitkijk knecht  de kantjes eraf of iemand die de kantjes eraf rechtdoor tweede links eerste man of achterste man  een goede of een slechte dag goed spul of slechte spullen  de eerste buiten of de laatste binnen en dan onder de wol verpeinst de docht hoeveel dit alles voor hem was  onthemd in aarde  (...)  In 2005 nog gingen tweeëntwintig Nederlandse dichters voor Querido aan de sla...